welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) | n'importe quelles (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) | n'importe quels (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) | n'importe quelles (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) | n'importe quel (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) | n'importe quelle (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) | n'importe quelle (a) (onbepaald bijv. nw. - enk.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) | n'importe quels (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) |
welke ook (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) | n'importe quel (a) (onbepaald bijv. nw. - mv.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) | ceux que (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) | celle que (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) | celles que (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) | celui que (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) | celle que (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) | ceux que (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) | celles que (o) (onbepaald voornaamwoord - mv.) |
welke ook (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) | celui que (o) (onbepaald voornaamwoord - enk.) |